De Geloften van de Bodhisattva

  1. Eerste Gelofte van de Bodhisattva
  2. Tweede Gelofte van de Bodhisattva
  3. Derde Gelofte van de Bodhisattva
  4. Vierde Gelofte van de Bodhisattva

Eerste Gelofte van de Bodhisattva

‘Hoe talloos de levende wezens ook zijn,
ik beloof ze alle te bevrijden’

Een hopeloze taak,
maar, dwars tegen dat weten in,
de uitdrukking van een intentie.

Een verwoording
van het diepe inzicht
dat er geen bevrijding is
van een enkeling,
dat een enkeling eigenlijk
niet bestaat.

Een verwoording
van het diepe inzicht
dat wij, in diepste wezen,
met alles en iedereen
verbonden zijn,
fundamenteel,
als één grote uitdrukking
van het leven,
een universum dat zich
bewust wordt van zichzelf.

In die oceaan van bewustzijn
bestaat geen
ontwaken van een enkele druppel
geen bevrijding van een enkele golf

Het ontwaken
is juist het inzicht
dat mededogen
dat liefde
voor alles en iedereen
de verbindende kracht is
waarin ons leven
ten diepste wortelt.

Er is geen andere zoektocht
naar dat diepe ontwaken
dan het engagement
met de ander,
de geleefde gelofte
alles en iedereen
met inzet van hart en ziel
te willen en te zullen
bevrijden.


Tweede Gelofte van de Bodhisattva

‘Hoe onpeilbaar de oorzaak van lijden ook is,
ik beloof die geheel te verwijderen’

De hele wereld getuigt
van de tweede edele waarheid
van de Boeddha:
Het leven is lijden
Ondanks duizenden geschriften,
diepzinnige pogingen tot verklaring,
tasten we volledig in het duister
bij de vraag naar het waarom.
Wie ben ik, wat kan ik?
dat ik durf beweren
deze ongekende onpeilbare oorzaak
geheel te verwijderen?

Ligt een glimp van het antwoord
misschien in de aanvaarding
van die ultieme onpeilbaarheid?

Ligt een glimp van het antwoord
misschien in de aanvaarding
van het eigen lijden
van gisteren, vandaag of morgen?
Ligt een glimp van het antwoord
misschien in het fundamentele besef
dat jouw lijden
ten diepste ook mijn lijden is?

De Hartsoetra vertrouwt ons
in zijn mysterietaal toe:
“Zo is er in de leegte geen lijden,
ook geen oorzaak en geen opheffing van lijden”

Ligt dan in de onpeilbare leegte
van de grond van ons bestaan
de verbinding met het lijden van alle wezens?
Het besef dat het leven geen voorkant kent
zonder achterkant?
Dat vreugde en verdriet onlosmakelijk
met elkaar verweven zijn?
Dat er dus geen antwoorden bestaan
op een waarom?

Ligt in diezelfde hartekreet
alle wezens te zullen bevrijden,
in dat oplossen van de
grenzen tussen jou en mij,
wellicht tegelijkertijd
het verdampen van de onpeilbaarheid
van de zin van alle lijden?


Derde Gelofte van de Bodhisattva

‘Hoe talloos de poortloze poorten ook zijn,
ik beloof ze binnen te gaan’

‘Staan waar geen plek is
om te gaan staan.’
De levensopdracht van Zen
zoals verwoord door Hisamatsu.
Oog in oog durven staan
met de ongenaakbaarheid
de onmogelijkheid soms
waarmee het leven ons
onontkoombaar
confronteert.

Niet vluchten
voor de uitdaging
Niet vluchten in troostend geloof,
in veilig lijkende havens
door mensen verzonnen
om de diepe confrontatie
uit de weg te gaan.

De weg van Zen
ligt niet zozeer
in een bevrijding
uit de pijn van het leven
maar veeleer
in een transformatie
van de pijn van het leven.

De uitdaging is
om als breekbare mens
midden in de
schier onbreekbare werkelijkheid
van het lijden te gaan staan,
voor die muur,
eindeloos, zonder poort,
om te ontdekken
dat jij,
midden in je tranen
midden in je verdriet
midden in je eenzaamheid
midden in je wanhoop
zomaar onverwacht
zelf de poort wordt
als je één wordt met de muur.

Daar ligt onze opdracht,
vandaag, morgen,
telkens weer opnieuw,
hoe talloos de poortloze poorten ook zijn.


Vierde Gelofte van de Bodhisattva

‘Hoe oneindig het pad van ontwaken ook is,
ik ga daarvan de belichaming aan’

‘Elke dag opnieuw beginnen
als was het de eerste keer’
Een van de strijdkreten van Zen.
Maar als ik steeds weer opnieuw begin
met zoeken naar de weg, de zin,
hoe kan ik ooit het einde
van de weg ook maar benaderen?

Boeken en cursussen,
inwijdingen en mantra’s,
chakra’s en aura’s,
versleten bankjes en kussens,
ze brengen het ontwaken niet.
Het gaan van de weg
lijkt me eerder te vervreemden
van de wereld om me heen,
dan dat ik haar geheimen ontrafel
het schenkt me geen
bevrijdend perspectief.

Mijn zoektocht lijkt zo eindeloos
ontwaken is oneindig ver,
kan mijn zoeken ooit
uitmonden of overgaan in
bevrijding, in een of andere
vorm van ontwaken?

‘Steeds weer opnieuw beginnen’
bevrijdt wel van de last van gisteren,
‘Steeds weer opnieuw beginnen’
stelt ook geen eisen aan een resultaat.
Het brengt me terug bij vandaag
en ondermijnt
iedere verdere vraag.

Misschien ontmoeten
zoeken en ontwaken elkaar
juist in dit ene ondeelbare moment.
Als ik het pad niet meer bewandel
om verder en verder te reiken
maar me met hart en ziel overgeef
aan de weg van dit moment.
Als ik met lege geest maar
intense bezieling
de belichaming wordt
van dat oneindige pad
van ontwaken.